Jan Beusink: ‘Ik sponsor de club vanwege de vrijwilligers’
REKKEN – Jan Beusink is een atypische sponsor. Hij komt zelden kijken bij zijn teams en hij heeft naar eigen zeggen niks met voetbal en al helemaal niet met het betaald voetbal en de mensen die daarin rondlopen. “De reden dat ik Sportclub Rekken sponsor is omdat ik heel veel respect heb voor al die vrijwilligers die zich belangeloos voor zo’n club willen inzetten. Daarnaast kreeg ik destijds al best regelmatig sponsorverzoeken, maar ik wilde per se een lokale club sponsoren. Dichtbij huis dus.”
Hij durft niet te zeggen wanneer hij begon met het financieel steunen van de club. “Poeh, dat was in de tijd dat er nog nauwelijks borden rond het veld hingen. Later ging ik ook shirts sponsoren. Het begon met Dames 1 en later kwam Dames 2 erbij. Ik weet nog dat er niemand stond te trappelen om bij de vrouwen op de shirts te staan; vrouwenvoetbal was zeker in die dagen nog niet zo populair, maar ik heb het altijd met volle overtuiging gedaan.”
Mogelijk ook omdat Beusink zelf ooit een sport beoefende die nou niet bepaald wekelijks op de buis was of is: touwtrekken. “Toen ik het niet meer kon combineren met het werk op het bedrijf ben ik er mee gestopt, maar in de jaren zeventig en tachtig slokte het veel tijd op. Het zelf sporten en later het bestuurslid zijn bij de Nederlandse Touwtrek Bond. Het was wel een mooie tijd. Ik heb door de sport veel van de wereld gezien. Eind jaren zeventig ben ik met het Nederlandse team zelfs nog derde geworden op de World Games in de VS en met TTV uit Eibergen ben ik ettelijke keren Nederlands kampioen geweest.”
Jan Beusink is 65 jaar geleden geboren ten noorden van de stad Utrecht, waar nu de wijk Overvecht ligt. “Mijn vader Bernhard (1918) is daar vlak na de oorlog naar toe verhuisd vanuit zijn geboorteplaats Groenlo, omdat er in de Achterhoek nauwelijks werk te vinden was. Hij was toen achterin de twintig. Zijn zus werkte daar ook al. Hij begon er als melkrijder. Met paard en wagen melkbussen van de boer naar de fabriek brengen en terug.” Later, toen hij z’n eerste trekker had, maaide hij gras voor de gemeente Utrecht en in de avonduren bij boeren. Bernhard trouwde een Utrechtse en samen kregen ze twee jongens en twee meisjes.
In 1962 moest het jonge gezin wijken voor de uitbreidingsplannen van de gemeente Utrecht. Bernhards oog viel op de Achterhoek. Hij kwam hier uit de buurt, zijn familie woonde er nog altijd en aan de Vredensebaan in het nabijgelegen Rekken stond een boerderijtje te koop. Jan was 9 jaar toen ze hierheen verhuisden. “Na de lagere school ging ik het huis uit om verder te studeren in Breda en Utrecht, aan de Middelbare landbouwschool en daarna de Middelbare tuinbouwschool. Ik had er geen moeite mee om van huis te zijn. Had Vincent later trouwens ook niet: die heeft in Harderwijk de opleiding tot machinist mobiele kraan gedaan.”
Het was niet de vraag óf Jan ooit in Bernhards voetsporen zou treden, maar wannéér: “Als kind van 5 hield hij me al thuis van school, omdat ik moest helpen mestrijden. Ik in de lage giering op de trekker en mijn vader met de mestvork op de kar erachter, om de mest over het land te verdelen. Dat was toen nog handwerk.”
Bij zoon Vincent (29) zit het loonwerk ook in het bloed. Hij was nog maar net uit de luiers of hij kon de verschillende kranen al uit elkaar houden en in de klas keek hij elke passerende trekker na. Een juf zette hem zo ver mogelijk weg van het raam, maar dat werkte averechts; Vincent kon het dan nét niet goed zien, zodat hij maar bleef piekeren wie dat toch geweest kon zijn op die trekker of kraan. Waarop een andere leraar hem juist vlakbij het raam zette. Dan was hij letterlijk weer ‘sneller bij de les’.
Op termijn zullen Vincent en z’n vriendin Marit het bedrijf overnemen. Jan: “Ze hebben onlangs de bouwvergunning voor hun huis gekregen. Dat komt straks op de plek van mijn oudershuis, schuin tegenover dat van Willemien en mij. Willemien doet nu nog de boekhouding, maar Marit springt al veel bij en zal dat werk straks ook overnemen. Ze werkt op een boekhoudkantoor en zit in de laatste fase van haar opleiding.” Op de site van Beusink staan de diensten van het bedrijf vermeld: loonwerk, grondverzet, sloopwerk en mobiel puinbreken. “Dat puinbreken ben ik gaan doen om mijn personeel ook in de rustige wintermaanden aan het werk te kunnen houden.”
Jan en Willemien hebben naast zoon Vincent nog twee dochters: Kim en Joyce. Kim werkt bij TUI in Enschede en Joyce staat in Eibergen voor de klas. Vincent, de jongste, treedt in zijn vaders en grootvaders voetsporen. Maar wat één aspect betreft, zal hij hen niet willen volgen. Zowel Bernhard als Jan verloren op hun 55e een deel van hun arm bij een ongeluk met een hakselaar. Jan: “Ik had zeker de eerste tijd veel last van phantoompijn. Een gebedsgenezeres uit Vorden hielp mij daar op wonderbaarlijke wijze vanaf. Op een bepaald moment zei ze: goh, je vader is hetzelfde overkomen, zie ik. Maar je hoeft niet bang te zijn dat je zoon zoiets overkomt.”
Hier geldt kennelijk: twee keer is scheepsrecht.